Gisteravond was ik voor het eerst in Slachthuis Haarlem. Een poppodium, welteverstaan. Ik had een goede reden. Want zonder de andere optredende artiesten te kort te willen doen, ging ik voor mijn ‘new favourite band’ Dead Anyway, uit Gloucester. Ze hebben al eerder als kwartet op het podium gestaan (met bassist en toetsenist), maar vanwege werkverplichtingen kwam de kern van de band, spoken word-artieste Kate Arnold en beatmaster Marc Symonds, dit keer als duo. En daar waren ze best een beetje zenuwachtig over, vertelden ze me vooraf. Een laptop moest nu immers wat partijen invullen en dat is – weet ik als geen ander 😅 – best spannend.
Die zenuwen bleken totaal overbodig. Ik heb enorm genoten van hun vlekkeloze, drie kwartier durende set, die in een half uurtje voorbij leek te vliegen. Voordeel van hun korte nummers is, dat er heel wat voorbij kwamen. Wat dan opvalt, is dat Dead Anyway ondanks een enorme muzikale diversiteit toch een heel eigen stijl heeft. Dat komt vooral door de herkenbare manier waarop Kate haar teksten brengt. Verwacht geen verkleedpartijen of gehuppel over het podium, maar precies genoeg expressie om de teksten kracht bij te zetten. En dan altijd die heerlijke swing in de beats van Marc, die live nog beter tot hun recht kwamen dan op de plaat.